Ellipse

Heeft een toetssysteem meerwaarde ten opzichte van een LMS?

Een Learning Management Systeem (LMS) en een toetssoftwaresysteem zijn twee totaal verschillende dingen. Een vergelijking kun je dus eigenlijk niet maken, omdat je dan appels met peren vergelijkt. Deze blog richt zich dan ook niet op de verschillen, maar op de speciale kenmerken van een toetsoftwaresysteem. Heeft een toetssysteem meerwaarde ten opzichte van een LMS?   

Toetsen als hoofddoel

We stippen hier een paar belangrijke kenmerken aan. Deze kenmerken hebben te maken met de toegevoegde waarde van een toetssoftwaresysteem, namelijk toetsing. Toetssoftwaresystemen zijn ijzersterk in summatieve toetsing. We gaan achtereenvolgens in op de volgende aspecten:

  1. Formatieve en summatieve toetsing;
  2. Toezicht en geheimhouding;
  3. Onafhankelijke toetsing;
  4. Toetsafname;
  5. Kwaliteit van de toetsing.

Formatieve en summatieve toetsing (1)

Formatieve toetsing is toetsing zonder formele gevolgen, het tussentijds meten van leerresultaten ten dienste van het leerproces en de ontwikkeling van de student. Summatief toetsen is toetsen met formele gevolgen, ter afsluiting van een leertraject of een fase. Deze vorm van toetsing gebruik je wanneer diploma’s of certificaten worden verstrekt of in geval van een beslissing over de individuele arbeidsmarktpositie. Heeft een student genoeg geleerd om het vak te mogen uitoefenen? Hebben medewerkers voldoende geleerd om door te kunnen stromen naar een vervolgopleiding?

Het belang dat aan summatieve toetsing vast zit is vaak veel groter dan bij formatieve toetsing. Een groot belang vraagt als vanzelfsprekend om een optimaal uitgevoerde toetsafname en kwalitatief goede, summatieve toetsing op leerdoelen, onder toezicht. Echter heeft een LMS als hoofddoel leren met formatieve toetsing. Waar een toetssoftwaresysteem vooral gebruikt wordt voor summatieve toetsing.

Toezicht en geheimhouding (2)

Toetsing van kwaliteit is toetsen onder toezicht. Waar een LMS niet is ingericht voor deze omstandigheid, is een toetssoftwaresysteem dat bij uitstek. Doordat er (digitaal) toezicht plaatsvindt blijft de geheimhouding van de vragen gewaarborgd. Zo ontwerp je een toetsvraag niet voor één keer maar voor herhaalde afnames.

Onafhankelijke toetsing (3)

De toetsvragen in een LMS komen meestal rechtstreeks uit de leerstof. De leerstof, in plaats van de leerdoelen kan dan leidend worden. Het gebruik van een toetssoftwaresysteem stimuleert toetsen op basis van leerdoelen in plaats van leerstof. Leren vindt immers buiten het systeem plaats en de leerstof ligt niet (digitaal) vast.

Toetsafname (4)

Voor de eindgebruiker biedt zowel een LMS als een toetssoftwaresysteem persoonlijke instellingsmogelijkheden zoals de lettergrootte of de kleur van het beeld (voor slechtzienden of kleurenblinden). Een verschil is echter dat afname via een toetssoftwaresysteem een controleerbare, voor iedereen dezelfde tijdsduur kent. Voor meting van inzichts- en vaardigheidsniveau is deze tijdsdruk wel van belang. Denk daarbij als voorbeeld aan boekhouding. Doe je daar een uur langer over dan anderen, dan ben je daar blijkbaar niet zo goed in.

Kwaliteit van de toetsing (5)

Bij kwaliteit van de toetsing benoemen we twee belangrijk aspecten: bijstelling na analyse en didactische kwaliteit.

Bijstelling na analyse

Een toetssoftware systeem is bij uitstek ingericht om automatisch gegevens te genereren over de moeilijkheidsgraad en de kwaliteit van toetsvragen. Met deze gegevens kun je vervolgens afname na afname controleren of de toetsvragen ‘het goed doen’. Past een toetsvraag goed bij de toets als geheel? Hoe is de betrouwbaarheid? En hoe lang doen studenten gemiddeld genomen over de toets?  Zonder veel moeite worden al deze gegevens inzichtelijk. Aangezien een LMS zich voornamelijk op leren richt, zijn deze over het algemeen niet geschikt om dit soort gegevens in te verzamelen.

Didactische kwaliteit

In het contentgedeelte van het LMS systeem tref je vaak verwerkingsopdrachten en test-je-kennis vragen. Zeer gericht op (de voortgang van) het leerproces/de leercontent. Het toetssoftwaresysteem kent daarentegen een ruime variëteit aan vraagvormen, waardoor een didactisch verantwoorde toets te realiseren is. Bij ieder leerdoel kies je een vraagvorm die de leerstof het best toetst: meerkeuzevraag, sleepvraag, invulvraag, open vraag, etcetera.

Conclusie

Kortom: Als het toetsdoel het hoofddoel is, kies dan voor een toetssoftwaresysteem. De voordelen zijn legio: toetsing vindt plaats in een gecontroleerde omgeving, onder toezicht en met een vooraf bepaalde tijdsduur. Daarnaast is er een boost voor toetsing op leerdoelen en de kwaliteit van de toets, zonder in te boeten aan maatwerk in de afname, afgestemd op individuele omstandigheden zoals dyslexie, slechtziendheid, etcetera.

Decor

Meer weten over de meerwaarde van een toetssysteem ten opzichte van een LMS?